Gemeente Landerd zet in op Brabants 'jaar van de gastronomie'

De gemeente Landerd gaat volop inzetten op het jaar 2018 waarin Brabant de Europese Regio van de Gastronomie is. Landerd wil samen met de andere Maashorstgemeenten (Bernheze, Oss en Uden) aanhaken bij het provinciale themajaar.

De gemeente Landerd wil hiervoor een bedrag vrijmaken van 60 duizend euro voor de komende twee jaar. Het provinciale themajaar met de slogan ‘We are Food’ past volgens wethouder Brands uitstekend bij het toeristische en agrifood profiel van Landerd. “Als onderdeel van AgriFood Capital in de regio Noordoost-Brabant profileert Landerd zich namelijk als gezonde, agrarisch vernieuwende en gastvrije Maashorstgemeente.”   

Jaar van de gastronomie: ‘We are food’

Brabant is in 2018 een jaar lang ‘Europese Regio van de Gastronomie’. Daarvoor ontwikkelt de provincie in samenwerking met AgriFood Capital een bruisend programma voor zowel het brede publiek – inwoners en bezoekers van Brabant - als het bedrijfsleven. Het betreft bestaande gastronomische en culturele evenementen én nieuwe initiatieven binnen en buiten de agrofoodsector. Hiermee wordt ook de vrijetijdseconomie naar een hoger plan getild, waarbij de Brabantse waarden van voedsel centraal staan. Kenmerkend zijn de hoogwaardige en innovatieve kwaliteit van de agrifood keten (van productie, verwerking en distributie tot consumptie), voedselcultuur en gastvrijheid. Daarom de titel van dit themajaar: ‘We are food’.

Kansen voor Landerd

Landerd haakt aan op het themajaar waarbij de oorsprong van ons eerlijke, gezonde en lekkere voedsel en de koppeling met toerisme centraal staat. Daarbinnen passen de agrifood projecten gericht op productontwikkeling, lokaal consumeren van streekproducten, het zichtbaar maken van de keten van Boer tot Bord en eetbare landschappen. Oftewel: oorspronkelijke voedsel van de boer of uit de natuur. Vanuit toeristisch oogpunt ligt de focus op productontwikkeling binnen het thema (routes, evenementen, arrangementen) en promotie.

Wethouder Brands: “We willen met dit project een aansprekende vertaalslag maken naar Landerd en de Maashorst.”