Overstap leden MEC naar nieuwe WCM organisatie

DI-WCM is ontzettend blij dat negen nieuwe partners bij de nieuwe World Class Maintenance organisatie mag verwelkomen.

De negen onderwijspartners - Hogeschool Zeeland, Avans Hogeschool, Hogeschool Utrecht, ROC West-Brabant, ROC Tilburg, ROC Albeda College en ROC Zadkine, ROC Scalda en ROC Leeuwenborgh Opleidingen - waren lid van het Maintenance Education Consortium (MEC), de zusterstichting van WCM waar het maintenance onderwijs jarenlang gewaarborgd is. Paul Rüpp, voorzitter van het Bestuur van het MEC en tevens voorzitter van de Raad van Bestuur van Avans Hogeschool: "De toekomst van de maintenancesector begint bij het onderwijs, en wij zijn dan ook erg blij dat we met dit nieuws kunnen zorgen voor een toekomstbestendige Nederlandse maintenance sector."

Onderwijs als kritische succesfactor

Op verzoek van het Bestuur van het MEC is in de zomer van 2014 een onderzoek gestart naar de haalbaarheid van het aansluiten van de MEC-partners bij de nieuwe organisatie van WCM. Al snel werd duidelijk dat een duurzame verbinding tussen onderwijs en bedrijfsleven van grote meerwaarde is. Om de kwaliteit van de, door het MEC opgezette, doorlopende maintenanceleerlijn ook voor de toekomst te garanderen en borgen, is het maken van een hechte verbinding met de WCM- bedrijven een kritische succesfactor.

Deelname onderwijs

In de nieuwe WCM organisatie wordt gefocust op innovatieprojecten die gedragen worden door het bedrijfsleven. De nieuwe WCM organisatie werkt voor de maintenance sector inclusief de betrokken kennisinstellingen. Het onderwijs, inclusief onderzoek, heeft een belangrijke inbreng als het gaat om innovatie. Daarnaast kan het onderwijs leren van de uitkomsten van de innovatieprojecten om op die manier haar onderwijs en kennis zo up to date mogelijk te houden. "Daar heeft de hele Nederlandse onderhoudssector wat aan omdat de studenten van nu, de maintenance managers van de toekomst zijn", aldus Rüpp.

Bedrijfscases als input voor leren

De gezamenlijke strategische agenda gaat over: competentieontwikkeling, kennisbenutting en –deling, kennisuitbouw en kennisontwikkeling in zowel het bedrijfsleven als in het onderwijs. In het onderwijs, op elk niveau, moeten de studenten meer uitgedaagd worden te onderzoeken, te analyseren, te experimenteren, bevindingen toe te passen en uit te proberen in de praktijk. Echte bedrijfscases moeten het uitgangspunt zijn voor het contextrijke leren.

Leernetwerken

Daarnaast is de wens van beide partijen, het onderwijs en het bedrijfsleven, dat er op structurele basis kennis wordt uitgewisseld zodat beide werelden elkaar kunnen versterken. We richten daarvoor zowel regionale en als nationale leernetwerken op. In deze netwerken wordt het informeren van elkaar makkelijk gemaakt, als het gaat om vraagstukken die het maintenanceonderwijs bezig houdt. De vraag vanuit het bedrijfsleven en het opleiden van de student staan hierbij centraal. In dialoog tussen de onderwijs- en bedrijvenpartners van WCM worden onderwerpen vastgesteld. Het opbouwen van leernetwerken vraagt om regie, het matchen van vraag en aanbod. Naast regionale leernetwerken, waarvan er verschillende reeds actief zijn, gaat de aandacht vooral uit naar bovenregionale (nationale) netwerken: het leren van elkaar.

Wat gebeurt er met het MEC

Praktisch gezien betekent dit dat het MEC per 1 januari 2015 in een aanzienlijk lagere bezetting zal werken aan een goede afronding van de Stichting MEC en zijn projecten. Emmy Bakker, huidig directeur MEC, zal vanuit haar nieuwe functie als adviseur Raad van Bestuur bij het ROC West-Brabant hier samen met het huidige Bestuur van het MEC verantwoording voor dragen, bijgestaan door Eveline Krätz (secretariaat) en Ingrid Giebel (financiën).