‘Klimaatverdrag gaat biobased aanjagen’
- 4 apr., 2016
- Agrofood & Biobased
De overstap naar een duurzame economie liep vertraging op door de crisis. Maar nu moeten we wel, voorspelt Jean-Paul Leenknegt van het Bio Base Europe Training Center.
In de nabije toekomst halen we de grondstoffen voor onze producten niet meer uit olie, maar bijvoorbeeld uit suikerbieten, algen of uit residuen van bijvoorbeeld de productie van whisky of koffie, verwacht Jean-Paul Leenknegt, directeur van het Bio Base Europe Training Center (BBETC). We zijn op weg naar een samenleving die niet langer gebaseerd is op fossiele grondstoffen, maar op biologische: een biobased economy.
Brandstofschaarste en CO2
Een snelle doorbraak van biobased werd al in 2008, toen het trainingscentrum op de tekentafel lag, verwacht. “Maar toen kwam de economische crisis, en was de urgentie om om te schakelen ineens minder groot”, vertelt Leenknegt. “Amerika nam schaliegas in gebruik. En inmiddels zijn de brandstofprijzen laag. We dachten dat de grondstoffen op korte termijn, binnen twintig jaar eindig zouden blijken. Maar dat zal nu eerder veertig of vijftig jaar duren”, verwacht hij.
Toch is de noodzaak over te stappen op biobased nu groter dan ooit. “Maar die komt niet meer voort uit brandstofschaarste, maar uit de noodzaak tot CO2-reductie”, zegt Leenknegt. “Het klimaatverdrag van Parijs zal biobased wereldwijd aanjagen. Dat kan niet anders, als we de uitstoot echt willen terugdringen.”
Biobased-regio
Zeeland en Vlaanderen profileren zichzelf als biobased regio bij uitstek: hier is de landbouw en de chemische kennis voorhanden, en bovendien zijn er de zeehavens, waarmee bijvoorbeeld bio-grondstoffen als hout of bamboe aangevoerd kunnen worden.
Bijscholing
Leenknegt verwacht dat de vraag naar biobased-opgeleide krachten een vlucht zal nemen. “Wij verwachten een behoorlijke bijscholingsbehoefte. Die komt er nu echt aan.” Zijn centrum voorziet in die opleidingsvraag.
De afgelopen jaren richtte het BBETC zich naast het opleiden van operators en technici voor bio base ook op het opleiden voor andere chemische industrie. “Procesoperators en bio-procesoperators moeten voor een deel over dezelfde vaardigheden beschikken”, legt Leenknegt uit. Maar hij verwacht dat de aandacht de komende jaren zal verschuiven naar meer biobased-opgeleide krachten.
Netwerken
Het BBETC in Terneuzen is in 2012 opgestart, samen met de Bio Base Pilot Plant in Gent. De proeffabriek in Gent biedt een omgeving om te experimenteren met nieuwe technieken. Het centrum van Leenknegt in Terneuzen biedt naast opleidingsfaciliteiten ook een netwerkomgeving. Het hypermoderne en -duurzame gebouw fungeert ook als incubator voor een aantal innovatieve duurzame en biobased ondernemingen, die er gevestigd zijn.
Bio Base expo
Met het oog op de toekomst als biobased-regio heeft het BBETC een permanente expositie voor scholieren en studenten. De tentoonstelling gaat over de noodzaak om los te komen van fossiele brandstoffen, en over de beroepsmogelijkheden die de biobased economy biedt. Het moet studenten stimuleren te kiezen voor een opleiding en baan in deze richting. Zo kunnen goede krachten bovendien behouden blijven voor de regio.
“Wat mij drijft, is dat ik in mijn werk heel erg bezig ben met de toekomst”, zegt Leenknegt. “Het draait echt om duurzaamheid. Niet alleen duurzaam op milieugebied, maar ook duurzaam in de betekenis ‘toekomstbestendig’. Dan gaat het ook over de toekomst van de regio, en het voorkomen dat jongeren wegtrekken. Mooi werk.”
Auteur: Marten van de Wier
Meer informatie over Bio Base Europe Training Center:
Bekijk het complete profiel