“De kennis die we hebben opgedaan met elektrisch busvervoer breiden we steeds verder uit”

  • Logistiek & Vervoer

Croonwolter&dros, VDL Bus & Coach en Heliox stonden samen aan de wieg van het elektrisch busvervoer. “In 2013 bestond er nog niets. Eind 2016 reden in Eindhoven 43 elektrische bussen en inmiddels zijn dat er 250 door heel Nederland.”

“De kennis die we hebben opgedaan met elektrisch busvervoer breiden we steeds verder uit”

Het was VDL Bus & Coach die in 2013 de markt op wilde met de eerste elektrische bus. Die was weliswaar voorzien van een elektrische aandrijflijn, maar er bestond nog geen geschikte lader voor de batterij. Daarop werd contact gezocht met Heliox.

Van stedelijk naar regionaal

Koen van Haperen (Heliox): “Het was vooral belangrijk de bussen snel te kunnen laden. Dat gaat nu met 450 kWh en duurt maximaal twintig minuten.” In eerste instantie werd begonnen met stadsvervoer, nu leggen de bussen ook steeds meer regionale afstanden af. Na de eerste elektrische bussen in eigen land volgden Duitsland, Finland, Zweden, Noorwegen, Denemarken, Frankrijk, Luxemburg, Zwitserland. In de toekomst moeten ook goederen elektrisch worden vervoerd. “De grenzen worden steeds verder opgerekt.”

Chiel ter Laak (VDL Bus & Coach) vertelt dat met de kennis van nu wordt gekeken of alle toepassingen nog maximaal nodig zijn of dat ze kunnen gaan optimaliseren. “Bij sommige opdrachtgevers kijken we of we met een kleinere netaansluiting toch alle voertuigen kunnen aansluiten. Telkens bepalen we of op andere, slimmere manieren energie gebufferd kan worden. Daarvoor hebben we de expertise van Croonwolter&dros nodig, als verbinder tussen het elektriciteitsnet, de laadmast en het elektrische voertuig.”

Opportunity charging

Pierre van Driel (Croonwolter&dros): “Chauffeurs rijden de bussen nooit helemaal leeg.” Een pantograaf op het dak die contact legt met de laadmast maakt het mogelijk tussentijds bij te laden. Daarbij wordt gebruik gemaakt van ‘opportunity charging’, op het moment dat de buschauffeur pauzeert of stopt bij een halte.

De overheid verplicht bus vervoerders vanaf 2025 enkel nog emissieloze bussen te kopen. In 2030 moet zelfs de hele busvloot zero emissie zijn. Ter Laak: “Het tempo waarin het openbaar vervoer nu elektrificeert, is gigantisch. Terugkijkend, was 2016 voor VDL het jaar waarin we grotere volumes elektrische bussen gingen produceren. Twee jaar later kwam uit één van onze twee fabrieken de laatste bus op diesel. Die turn around is echt gedreven door de overheid. Hierdoor ontstaan ook steeds meer technische ontwikkelingen die het mogelijk maken om richting distributie een product neer te zetten. Er is geen reden om het niet te doen.”

Elektrische afvalinzamelaars

De mogelijkheid tot elektrische aandrijving is niet uniek voor een bus. Ter Laak: “We breiden uit naar andere voertuigen, zoals vuilniswagens.” Inmiddels is een project opgestart met vier inzamelaars van afval. “Wat we in het OV hebben geleerd, passen we nu weer toe. Het voordeel is dat in een stadse omgeving geen uitstoot meer plaatsvindt en dat afval ook ’s nachts kan worden opgehaald doordat geen sprake is van geluidsoverlast.” Momenteel draait nog een pilot, tegen het einde van dit jaar gaan de eerste elektrische vuilniswagens de weg op. “De wijze van installeren en de know how is hetzelfde als het platform dat we voor het OV gebruiken.”

Van Haperen voegt daar aan toe dat de elektrificatie van de bus voorop loopt. “In de standaardisatie is veel energie gestoken. De afspraken die hierover al gemaakt zijn, maken het makkelijk om voor alle markten dit platform te modificeren naar andere bedrijfstakken.” Ter Laak: “Kijkend naar het platform spreek je aan de ene kant over techniek en aan de andere kant over kennis. Dat wekt enorm veel vertrouwen.” Inmiddels rijden wat Nederlandse vervoerders betreft Arriva, Connexxion, Qbuzz, HTM, EBS, RET en GVB in een elektrische bus. “Zowel vanuit VDL als vanuit ons komen bezoekers uit de hele wereld met open mond kijken naar wat hier inmiddels is neergezet.”

Op het terrein van de lijnen Amstelland Meerlanden (AML) bij Schiphol kwamen negen laadmasten naast elkaar te staan. Van Driel: “De eerste keer dat we samen een bezoek aan dit voormalige parkeerterrein voor bussen brachten, hadden we nog geen idee hoe de laadmasten eruit moesten komen te zien. Op de terugweg belden we elkaar en kwamen we samen tot een ontwerp.”

Tot op 10 centimeter nauwkeurig

In dat ontwerp kon gebruik worden gemaakt van een terrein van driehonderd vierkante meter, in combinatie met de aanwezige fundering. Ter Laak: “De inpassing is bij iedere vervoerder net even anders. Ieder terrein heeft zijn eigen dynamiek en inrichting.” Van Driel haakt aan: “Tot op de laatste tien centimeter stemmen we in het ontwerp van de elektrische installatie zaken op elkaar af, ook rekening houdend met vluchtwegen. Je praat over een elektrische aansluiting die vergelijkbaar is met een aansluiting voor achtduizend woonhuizen.”

Van Haperen: “Daar zit juist ook weer de toegevoegde waarde van Croonwolter&dros. Alle bestaande bus depots zijn ingericht op dieselvoertuigen. Daar kun je weinig kanten op, terwijl je de laadinfrastructuur ergens kwijt moet kunnen en een serie netaansluitingen wilt creëren.”

Energietransitie

Op zijn beurt weet een partij als VDL welke bochten een bus op zo’n terrein wel of juist niet kan maken. Wanneer Heliox aangeeft een laadplaats liever op plek B in plaats van plek A neer te zetten, weet Croonwolter&dros te vertellen dat daarvoor meer kabels nodig zijn. Uiteindelijk komen de partijen samen tot een oplossing.” Van Driel: “Opdrachtgevers kopen niet alleen bussen, maar de hele infrastructuur. Wij bedenken een installatie om de bestaande infrastructuur heen.”

Ter Laak: “Bij alles wat we doen, denken we nu al na over de soort technieken die we willen lenen om de propositie naar de klant nog beter te maken.” Van Haperen blikt vooruit: “Samen werken we aan een schoner klimaat, dat er echt van gaat komen. Mogelijkheden tot energie opwekken op basis van water en zon brengen een nieuwe dynamiek met zich mee waar we nu al rekening mee houden. Met een schuin oog kijken we naar die energietransitie. Energie wordt straks mogelijk duurder. Gaan we overdag bussen opladen met zonne-energie of is het verstandiger overdag te bufferen?”

Auteur: Carline Klijn – van Best

Meer informatie over CROONWOLTER&DROS:

Bekijk het complete bedrijfsprofiel

Aers Olie Voortdurend onderweg…

Met Oliehandel Aers & Zoon