Nieuwe subsidieregeling om innovatie te toetsen op haalbaarheid

MKB-ondernemers in Brabantse topsectoren kunnen de komende twee jaar subsidie krijgen voor het laten toetsen van innovaties op technische en commerciële haalbaarheid. Het gaat om de nieuwe Subsidieregeling Haalbaarheidsstudies Noord-Brabant (HBSNB).

Tijdens een bijeenkomst op 24 februari op het Provinciehuis reikte gedeputeerde Bert Pauli (Economische Zaken en Bestuur) de eerste subsidievoucher uit aan de eerste aanvrager: directeur Hendrik Jan Molenaar van WDH Hydraulics te Eersel. WDH produceert hydraulische cilinders op maat voor klanten in de bagger- en offshore industrie en verkent de mogelijkheden van duurzame, energiebesparende composiet cilinders. Molenaar: “De regeling maakt het mogelijk om onze ideeën tegen het licht te laten houden door externe experts. Dat vergroot de kans om een product te ontwikkelen waarmee we in één klap het vertrouwen kunnen winnen op de markt.”

Verschillende sectoren

De subsidieregeling waarvoor de provincie € 1,5 miljoen heeft gereserveerd, is per 15 februari officieel opengesteld en wordt uitgevoerd door de Brabantse Ontwikkelings Maatschappij (BOM). Doelgroep zijn Brabantse kleine en middelgrote ondernemingen op het gebied van (Agro) Food, High Tech Systems & Materials inclusief Automotive en Solar, Biobased Economy, Life Sciences en Medische Technologie, Maintenance en Logistiek. In aanmerking voor subsidie komen de helft van de kosten van externe kennis, expertise en R&D capaciteit ter voorbereiding op een innovatieproject, tot maximaal € 10.000,- of € 20.000,- bij concreet zicht op vervolgfinanciering.

Impuls voor Brabantse economie

Pauli benadrukt het belang van de nieuwe regeling. “Innovatieve MKB-bedrijven zoals WDH Hydraulics versterken de Brabantse economie en pakken maatschappelijke uitdagingen aan. Goede toegang tot kapitaal is dan essentieel; juist ook al in een vroegtijdig stadium van het innovatietraject. Zo is het mogelijk om kansen en risico’s in kaart te brengen en een succesvolle koers te bepalen.”

Vooralsnog maakt WDH metalen cilinders. Het gaat om essentiële onderdelen voor kranen en graafmachines voor maritiem gebruik. Cilinders van kunststof composiet zijn interessant vanwege het lichtere gewicht, wat energie en brandstofkosten bespaart, en vragen om minder onderhoud bij een langere levensduur. “Maar de sector is behoudend en stelt hoge eisen, dus moeten we eerst zeker weten wat er technisch mogelijk is en hoe groot de voordelen echt zijn”, legt Molenaar uit. “Daarvoor doen we onder andere een beroep op Lightweight Structures, een specialist in composietmaterialen. Pas als grondig vooronderzoek een ‘go’ oplevert, gaan we aan de slag met een prototype.”

Subsidieaanvragen zijn gedurende twee jaar doorlopend in te dienen bij de BOM, vóór de start van een innovatieproject. De BOM behandelt de aanvragen op volgorde van binnenkomst.