Aftrekposten mkb-ondernemer in de toekomst minder lucratief?

Het kabinet heeft onlangs besloten dat zij een aantal aftrekposten alleen nog maar in aftrek toelaten tegen het basistarief van, op termijn, 36,93 procent. Om welke posten gaat dit precies en hoe beïnvloedt deze beslissing uw bedrijf? Van Oers Accountancy en Advies zocht het voor u uit.

Belastingherziening

Het nieuwe kabinet heeft vele miljarden aan lastenverlichting toegezegd. Met name via invoering van twee tariefschijven van 49,5 procent en 36,93 procent in de Inkomstenbelasting. Daar staat tegenover dat de meeste aftrekposten op termijn nog maar te verrekenen zijn tegen het lage tarief van 36,93 procent.

Aftrekposten mkb-ondernemer

Dat de hypotheekrente versneld in aftrek beperkt wordt, is inmiddels meer dan bekend. Dat raakt de ondernemer immers privé. Daarnaast is het mkb-ondernemers echter ook van belang dat volgende aftrekposten in aftrek beperkt worden: zelfstandigenaftrek, mkb-winstvrijstelling, meewerkaftrek, S&O-aftrek, stakingsaftrek en startersaftrek bij arbeidsongeschiktheid. Deze aftrekposten kunt u op termijn dus nog maar tegen 36,93 procent in aftrek brengen. Bovendien zijn er ook andere lastenverlichtende en -verzwarende voorstellen aangekondigd, zoals een verhoging van de algemene heffingskorting.

Wat betekent dit?

Het is individueel erg verschillend wat u van de verminderde aftrek merkt. Maakt u nu bijvoorbeeld gebruik van de hypotheekrenteaftrek, de aftrek van zorgkosten, de mkb-winstvrijstelling en de zelfstandigenaftrek, dan is het nog maar de vraag of de verminderde aftrek opweegt tegen de lagere tarieven. Bij behoefte tot een op maat gemaakt advies kunt u het beste contact opnemen met een specialist. Van Oers Accountancy en Advies helpt u daarbij graag op weg.

Overgangsperiode

De aftrekposten worden vanaf 2020 in stappen van 3 procent-punt per jaar teruggebracht naar uiteindelijk 36,93 procent in 2023. De verlaging van de tarieven in de Inkomstenbelasting gaat in per 2019, maar waarschijnlijk gebeurt dat ook in stappen. Voorgaande plannen moeten nog wel door het parlement worden besproken en goedgekeurd.