Fiscale eenheid in België versus Nederland
- 13 okt., 2015
- Financieel & Juridisch
Een fiscale eenheid tussen groepsvennootschappen houdt in dat een moedermaatschappij met één of meer dochtermaatschappijen fiscaal gezien als één worden beschouwd.
Dit betekent dat de resultaten van de dochtermaatschappij worden toegerekend aan de moedermaatschappij en de dochtermaatschappij niet langer zelfstandig belastingplichtig is.
Doorgaans gelden de volgende voordelen:
- Positieve resultaten van de ene onderneming kunnen in een boekjaar worden verrekend met negatieve resultaten van een andere onderneming die tot dezelfde fiscale eenheid behoort.
- Er is binnen de fiscale eenheid geen vennootschapsbelasting verschuldigd over intercompanywinsten.
- Binnen een fiscale eenheid kan fiscaal vriendelijk(er) worden gereorganiseerd.
- De verschillende ondernemingen worden fiscaal als één onderneming gezien. Hierdoor hoeft er per tijdvak maar één aangifte vennootschapsbelasting te worden gedaan.
Situatie in België
De meeste Europese landen kennen wel een of andere vorm van fiscale eenheid. Voor België is dat niet het geval, toch niet inzake vennootschapsbelasting. Om toch tot een vorm van fiscale consolidatie te komen, is in vele gevallen een (belastingvrije) fusie vereist. Er is daarentegen een uitzondering op de belastingneutraliteit bij fusie op het vlak van de overdracht van de bestaande verliezen van voor de fusie. De fiscale verliezen van alle betrokken vennootschappen worden immers beperkt in verhouding tot het evenredige aandeel van hun fiscale nettowaarde vóór de fusie tot het totaal van de ‘fiscale nettowaarden’ van alle vennootschappen.
Sinds 2007 is het wel mogelijk om in België een fiscale eenheid voor btw-doeleinden op te richten. Om toe te treden tot een btw-eenheid worden er drie voorwaarden cumulatief opgelegd. De leden moeten financieel, economisch en organisatorisch met elkaar verbonden zijn.
Situatie in Nederland
Naast een btw-eenheid kent Nederland wel een fiscale eenheid op het vlak van de vennootschapsbelasting. Om te bepalen of het aangaan van een fiscale eenheid interessant is, dienen de voor- en nadelen tegen elkaar afgewogen te worden. Naast de hogervermelde voordelen kunnen in Nederland de volgende nadelen spelen:
- De fiscale eenheid heeft slechts één maal recht op het opstaptarief van 20% over de eerste €200.000 winst.
- Alle ondernemingen die deel uitmaken van de fiscale eenheid zijn hoofdelijk aansprakelijk voor de gehele belastingschuld van de fiscale eenheid.
- Binnen een fiscale eenheid kan het recht op investeringsaftrek lager zijn dan zonder fiscale eenheid en kan de omvang van een liquidatieverlies kleiner zijn.
Is een grensoverschrijdende fiscale eenheid mogelijk?
Het is slechts mogelijk een fiscale eenheid te vormen met vennootschappen die in Nederland gevestigd zijn. Een grensoverschrijdende fiscale eenheid tussen bijvoorbeeld een in Nederland gevestigde moedermaatschappij en een Belgische dochtervennootschap is dan ook niet mogelijk. Verliezen kunnen hierdoor niet grensoverschrijdend verrekend worden. Europeesrechtelijk is dit nog eens getoetst (X Holding-arrest) en akkoord bevonden.
Is een Nederlandse fiscale eenheid mogelijk met ondernemingen gehouden door buitenlandse EU-vennootschappen?
Recent is beslist dat Nederland onder voorwaarden ook een fiscale eenheid moet toestaan tussen in Nederland gevestigde vennootschappen. Dit is van toepassing als deze worden gehouden door bijvoorbeeld een gezamenlijke buitenlandse moedermaatschappij of via een in het buitenland gevestigde tussenmaatschappij (SCA Group Holding-arrest). Dit is al geregeld bij besluit, maar binnenkort wordt deze laatste variant ook wettelijk verankerd. Concreet betekent dit dat een fiscale eenheid mogelijk is tussen een Nederlandse moedervennootschap en een Nederlandse kleindochtervennootschap, terwijl de tussenliggende dochtervennootschap in België (of een andere EU-lidstaat) is gevestigd.
Is de regeling in strijd met EU-recht, waarbij buitenlanders slechter af zijn dan binnenlanders omdat zij geen Nederlandse fiscale eenheid kunnen vormen?
Regelmatig wordt de vraag gesteld of Nederland grensoverschrijdende situaties slechter behandelt dan binnenlandse situaties, doordat in binnenlandse situaties een fiscale eenheid mogelijk is en in grensoverschrijdende situaties niet.
Deze discussie is in alle hevigheid weer opgelaaid na het verschijnen van het recent gewezen Groupe Steria-arrest. Hierin kwam het Europese Hof van Justitie tot het oordeel dat de Franse overheid een voor de belastingplichtige voordelig element in de Franse fiscale wetgeving, ook moet toestaan in de verhouding met een buitenlandse dochter. Dividenden afkomstig van buitenlandse dochters waren – vereenvoudigd samengevat- namelijk slechts voor 95% vrijgesteld, terwijl in binnenlandse verhouding dividenden geheel onbelast konden worden ontvangen door een fiscale eenheid aan te gaan. Die mogelijkheid van een fiscale eenheid bestond niet met buitenlandse dochters. Dit was in strijd met het EU-recht en Frankrijk moest ook dividenden afkomstig van buitenlandse dochters voor 100% vrijstellen.
Met deze uitspraak lijken zich nieuwe deuren te openen voor Nederlandse moedermaatschappijen met dochtermaatschappijen in de EU. Hoewel het effect van het arrest niet dusdanig ver gaat dat ook EU/EER lichamen moeten worden toegelaten binnen de fiscale eenheid, zijn er wel andere voordelen binnen het fiscale eenheidsregime die mogelijk niet langer slechts gelden voor binnenlandse dochters, maar tevens van toepassing zijn op buitenlandse dochters.
Houdsterverliezen
Doordat lichamen in de fiscale eenheid worden behandeld alsof zij slechts één belastingplichtige zijn, doen houdsterverliezen zich ten aanzien van in de fiscale eenheid gevoegde lichamen niet voor. Hierdoor is de houdsterverliesregeling (d.w.z. beperkte mogelijkheid tot verrekening van houdsterverliezen) in een fiscale eenheid-situatie nooit aan de orde. Dit kan anders zijn bij buitenlandse verhoudingen, waarbij de fiscale eenheid niet mogelijk is.
De toekomst van de fiscale eenheid
De effecten van het Groupe Steria-arrest worden momenteel op het Ministerie van Financiën bestudeerd. In de vakpers lopen de meningen hierover uiteen. Wij menen dat het budgettaire effect beperkt zal zijn. Op een aantal punten zal de Wet op de vennootschapsbelasting 1969 daarentegen zeker worden gewijzigd. Of één en ander zelfs zover gaat dat Financiën het Nederlandse fiscale eenheidsregime fundamenteel gaat herzien onder druk van de jurisprudentie van het Hof van Justitie EU, is daarentegen nog een vraag.
Meer informatie?
Heeft u vragen of wenst u meer informatie, dan kunt u contact opnemen met Toine van Beers van BDO via telefoonnummer: (040) 269 82 22.
Meer informatie over BDO BREDA & BDO ROOSENDAAL:
Bekijk het complete bedrijfsprofiel
Volg RegioinBedrijf op LinkedIn en blijf op de hoogte van regionale ontwikkelingen!