Ook Fontys draagt bij aan circulaire Nederlandse economie
- 14 jul., 2017
- Innovatie & MVO
Nederland moet koploper worden in circulaire economie; een afvalloze samenleving in 2050. Dat nationale voornemen roept bij bedrijven en organisaties vraag op naar kennis en deskundigheid op dit gebied. Fontys kan die steeds beter leveren, mede door Fons Claessen en zijn team.
Foto: Fons Claessen
Van gratis smoothies en circular economy labs tot een minor circulaire economie. Fons Claessenis projectleider van het vorig jaar opgerichte Impulsteam Circulaire Economie. Achter deze mondvol zit een reeks Fontys-instituten en afdelingen: van de Hogeschool Management, Economie en Recht (MER) tot facilitaire zaken. Onder de noemer verduurzaming wordt er gewerkt aan (kennisvergaring over) de circulaire economie, binnen Fontys en daarbuiten.
Claessen: "Toen wij begonnen, was het beeld dat Fontys op dit gebied achter loopt. Dat valt reuze mee. Het is wel zo dat door de versnipperde organisatie met alle instituten, duurzaamheid niet altijd even zichtbaar is. Eén van onze taken is om dat te veranderen.'' Niet alleen intern, maar zeker ook extern: Fontys moet een kenniscentrum worden waar het bedrijfsleven, de overheid maar ook andere instituten, zoals de TU/e, een beroep op kunnen doen voor samenwerking
Labs
Eerst even naar de basis: binnen een circulaire economie worden producten en grondstoffen hergebruikt. Uiteindelijk is er geen afval meer, en dat is precies wat we volgens de overheid in 2050 moeten zijn: een afvalloze samenleving. De uitvoeringsprogramma's om dit te bereiken beginnen nu te lopen, de bijbehorende budgetten komen vrij.
Na de zomer begint MER met circular economy labs. Daarin werken studenten samen met bedrijven en andere partijen. De labs worden opgericht in het kader van de minor circulaire economie, die MER vanaf komend studiejaar aanbiedt. "Met deze labs kunnen studenten praktische kennis opdoen en ontwikkelt Fontys zich als een kenniscentrum op dit gebied, waar ook bedrijven en de overheid hun voordeel mee kunnen doen", vertelt Claessen.
Inspireren
Tegelijk wil het impulsteam duurzaamheid verankeren in alle Fontys-opleidingen. Hoe dat precies het beste kan is nog onderwerp van discussie. In het najaar gaat het impulsteam een workshop organiseren die de instituten moet inspireren.
En natuurlijk moet Fontys als organisatie zelf ook duurzaam zijn, volgens het principe practice what you preach. Dat gaat van de gescheiden afvalinzameling op de verschillende campussen tot biologisch afbreekbare koffiebekertjes. "Ook op dit gebied doen we het niet slecht. De gemeente Nijmegen heeft laatst een duurzaamheidsprijs gewonnen voor haar inkoopbeleid, waarvoor ze Fontys als voorbeeld hadden genomen.'' Om iedereen binnen de organisatie te betrekken bij het onderwerp en te motiveren om mee te doen, deelde het impulsteam onlangs, op de Dag van de Duurzaamheid, gratis smoothies uit op de campus in Eindhoven.
Sustainabul
Op deze dag werd ook de uitslag van de Sustainabul bekend gemaakt, een duurzaamheidsbenchmark voor het hoger onderwijs. Hierbij behaalde Fontys brons met een vijftiende plaats. Ondanks dat eremetaal is Fontys, ten opzichte van vorig jaar, iets gezakt op deze ranglijst. "Ook hier speelt de versnippering binnen onze organisatie enigszins mee. We hebben op het gebied van duurzaamheid nog weinig centraal centraal geregeld en dat is juist wat scoort in de benchmark. Maar onze inspanningen gaan zich in de toekomst zeker in een hogere plaats op die lijst vertalen.'' [Debbie Langelaan]
Artikel verschenen op Bron.Fontys.nl. Het nieuwsplatform van Fontys
Meer informatie over Fontys:
Bekijk het complete profiel