‘Holland Expat Center South ontzorgt expats én werkgevers’

De sterke groei van de economie in Brabant zorgt er voor dat bedrijven steeds meer kenniswerkers vanuit het buitenland naar Nederland halen. ‘In 2017 zijn er 2.600 internationals geholpen door het Expat Center en de verwachting is dat we dit jaar naar de 3.000 of meer gaan’, zegt Iris van Daal, project coördinator Brainport-regio bij het Holland Expat Center South.

'Ons doel is om werkgevers te helpen ervoor te zorgen dat deze mensen zich zo snel mogelijk gaan thuis voelen in deze regio.’

Over het Holland Expat Center South

Het Holland Expat Center South is een overheidssamenwerking tussen diverse partijen waaronder de provincies Noord-Brabant en Limburg, de Brabantse gemeenten, IND, en Brainport Development. Iris van Daal: ‘In samenwerking met de werkgevers regelen wij een groot aantal formaliteiten voor de internationals, zoals een verblijfsvergunning, werkvergunning en BSN-nummer. Daarnaast gaan we in gesprek met bedrijven om te bespreken wat wij nog meer voor hen kunnen betekenen. We hebben inmiddels ook al een aantal internationale bedrijven in de regio bezocht om uit te leggen wat het Holland Expat Center South allemaal voor hen kan betekenen. Dit is helemaal gratis. Met name voor mkb-bedrijven die op het punt staan om voor het eerst internationaal talent in te gaan huren is het fijn als er een partij is die hen kan vertellen wat er allemaal moet worden geregeld.’

Wegwijs maken

De dienstverlening van het Holland Expat Center South is om mensen zo snel mogelijk wegwijs te maken, zodat zij hier hun eigen leven kunnen opbouwen. Van Daal: ‘Daarbij proberen we de bedrijven en internationals te ontzorgen door naast het aanbieden van de gecombineerde afspraak voor IND en de Basisregistratie Personen (BRP), ze door te verwijzen naar private dienstverleners zoals financieel adviseurs, makelaars en opleidingsinstituten en maken wij ze er tevens op attent welke informatieve en sociale events door het expat center en partners georganiseerd worden.'

Auteur: Gerben van den Broek